Het programma werd ruim tien jaar geleden in Zweden en Denemarken geïntroduceerd en is intussen in alle zeven Arla-landen ingevoerd. Dat betekent dat al onze melkveehouderijen volgens dezelfde standaarden werken.
De naleving van de vereisten van het Arlagården-programma op de boerderijen wordt regelmatig door externe landbouwadviseurs gecontroleerd. Als er tijdens een audit problemen worden vastgesteld, verleent Arla Foods advies en ondersteuning aan de melkveehouder om een oplossing te vinden. Intussen wordt de melk van boederijen die niet voldoen aan de standaards van Arlagården niet geaccepteerd.
De normen van Arlagården zijn gebaseerd op vier overkoepelende pijlers:
Samenstelling van de melk
De samenstelling van de melk en de op basis daarvan gemaakte eindproducten moeten aan de eisen en wensen van de consumenten voldoen.
1. De melk moet natuurlijk samengesteld zijn uit vet, eiwit, mineralen en andere belangrijke stoffen.
2. De melk moet goed en vers smaken.
Voedselveiligheid
We willen consumenten veilige zuivelproducten aanbieden - en de basis daarvoor is de melkproductie op de boerderij.
1. De melk mag geen ongewenste stoffen bevatten.
2. We moeten een onberispelijke hygiëne garanderen om het risico op infecties te vermijden.
Dierenwelzijn
We houden rekening met de fysiologische en gedragsgebonden basisbehoeften van de dieren om hun gezondheid en hun welzijn te waarborgen.
1. De dieren moeten gezond zijn.
2. De dieren moeten in een diervriendelijke omgeving worden gehouden en verzorgd.
Milieubewustzijn
We zorgen voor een milieuvriendelijke en duurzame melkproductie op de boerderij met respect voor de natuur.
1. De boerderij moet de omgevende natuur en het cultuurlandschap beschermen.
2. Het gebruik van voedingsstoffen wordt voortdurend geoptimaliseerd en er wordt slechts een absoluut minimum aan chemicaliën op basis van een risicoanalyse ingezet.